Uber, Uber en nog eens Uber

Lees hier mijn ervaringen van de Management Consulting Week 2016 in Toronto. Ik was namens de Orde van Organisatieadviseurs (Ooa) aanwezig tijdens de vijfde Management Consulting Week. Management consultants van over de hele wereld kwamen bijeen rondom het thema ‘Consulting 4.0, are you ready?’ Hoe kunnen we onze adviespraktijk meer ‘disruptive’ maken? Hoe blijf ik mijn concurrentie voor? Hoe speel ik in op de snel veranderende behoeften van mijn klanten? In dit artikel bespreek ik mijn ervaringen en lessen tijdens deze week.

Canadese trends
De conferentie trapte af met Duncan Stewart, een Canadese trendwatcher in dienst (!) van Deloitte. De snelheid waarmee nieuwe technologieën de wereld betreden, is immens. 3D-printers, zelfrijdende auto’s in Pittsburgh, airBnB, bitcoin, enzovoort. Kenmerk van deze ontwikkelingen is dat de mens en de ‘middle men’ eruit worden gehaald. Overigens houden niet alle

“We zoeken rust in al het geweld van devices”

nieuwe technologieën stand. Laptops en mobiele telefoons zullen blijven, maar de iPad is op zijn retour. Ondanks alle nieuwe technologische ontwikkelingen zijn we nog steeds op zoek naar fysieke ontmoetingen tussen klant en consultant. Tussen al het geweld van nieuwe technologieën lezen steeds meer Canadezen weer boeken en kranten: even onthaasten uit de online wereld.

Privacy en big data
Er was een prachtig verhaal van Ann Cavoukian. Zij wordt wereldwijd gezien als een autoriteit op het gebied van privacy. Zij deed een beroep op bedrijven om privacy niet langer als een compliance vraagstuk te zien, maar op te nemen in hun primaire proces. Klanten hebben vaak het gevoel dat ze niet de controle hebben over hun eigen data. En juist dat was haar belangrijkste punt: de beslissing om data te delen moet bij de klant liggen. Ga als bedrijf proactief met privacy om. Het verbeteren van privacy hoeft niet ten koste te gaan van klanttevredenheid of winst.

De beslissing om data te delen moet bij de klant liggen – Ann Cavoukian

Disruptieve innovatie en Uber
Een van de hoogtepunten van het congres was het verhaal van Ted Graham, directeur Innovatie bij General Motors. Hij vertelde over zijn lessen in disruptieve innovatie, die hij leerde toen hij zich aanmeldde als een UberX chauffeur. Binnen dertig minuten had hij zich online aangemeld. En met een training van nog eens dertig minuten kon hij aan de slag, waar een normale taxichauffeur een training van zeventien dagen moet doorstaan. De UberX chauffeur krijgt directe feedback na elke rit. Wat velen echter niet weten, is dat de chauffeur ook zijn klanten beoordeelt.

Create a job instead of taking a job – Ted Graham


Deze lessen paste hij bij zijn vorige werkgever – adviesbureau PwC – toe in de praktijk. De kern van consultancy is de nauwe band tussen opdrachtgever en consultant. Soms met een looptijd van meer dan dertig jaar. Kunnen we net als Uber transparant maken wie de beste en meest passende consultant is? En welke gevolgen heeft dit voor de vertrouwensrelatie? Kunnen we ook onszelf laten beoordelen door de klant en omgekeerd?

Brian Chesky – CEO Air Bnb

Blockchain
Vervolgens nam Alex Tapscott, co-auteur van “Blockchain Revolution” ons mee in de wondere wereld van blockchain. Blockchain is de datastructuur achter het bitcoin netwerk. Deze unieke datastructuur maakt het mogelijk dat iedereen ter wereld met elkaar kan handelen zonder betrokkenheid van traditionele derde partijen zoals banken, notarissen, accountants en overheden.

Waarom moeten we wel extra betalen voor buitenlandse betalingen, maar niet voor het verzenden van e-mails naar het buitenland?

De datastructuur is net zo vrij beschikbaar, toegankelijk en programmeerbaar als het internet zelf,
maar is uniek, niet uitwisbaar en blijft in handen van de klant en niet langer van een tussenpersoon als een bank. Waar in de “oude wereld” belangrijke data centraal is opgeslagen en daardoor kwetsbaar voor hackers en cyber aanvallen, is blockchain data decentraal beschikbaar en daardoor moeilijker te hacken.

Wat doet de overheid?
Een belangrijke vraag die gesteld werd: wat doet de overheid met al deze nieuwe technologische ontwikkelingen? Zij bepalen wat wel en niet wordt toegestaan. Gaat de overheid deze ontwikkelingen vertrouwen of juist verstikken? Is de overheid volgend of speelt de overheid erop in met passende regelgeving? In Canada was het advies: probeer als overheid proactief om te gaan met de ontwikkelingen. Wat staan wij wel en niet toe? Als goed voorbeeld werd de stad Toronto genoemd. Deze stad heeft reeds toegezegd in 2020 zelfrijdende auto’s toe te staan.

Reactie Big Four in Canada op Consulting 4.0
Ook de directeuren van de grote advieskantoren (PwC, Deloitte, KPMG en EY) gaven hun bespiegelingen op Consulting 4.0. Alle advieskantoren waren bezig om de voormalige scheidslijnen tussen producten en markten te doorbreken, door teams met veel diversiteit samen te stellen. In de recruitment van nieuwe consultants is een duidelijke trendbreuk zichtbaar. Niet langer ligt de focus op MBA-studenten, maar er wordt veel meer gekeken naar studenten uit andere disciplines, zoals: technologie, wetenschap en kunsten (!). Tenslotte werd er gesproken over het inrichten van een gezamenlijke pool van kenniswerkers voor en van alle Big Four-kantoren, waarbij elk kantoor zijn ideale team van specialisten kan samenstellen, passend bij de opdracht van de klant.

De impact van technologische ontwikkelingen wordt overschat op de korte termijn, maar onderschat op de lange termijn – Bill Gates

Hoe pas je de lessen van Uber toe op het adviesvak?
Canada zet disruptieve technologie op de agenda van management consultants. Ik zie vier ‘take aways’ voor ons vak:

  1. Doordat de klant en de uberX chauffeur elkaar continue feedback geven, is de opleiding voor de startende chauffeur minder belangrijk. Dat betekent dat de opleiding voor de startende adviseur minder belangrijk wordt, en verschuift naar ‘learning on the job’ middels continue feedback. Zullen advieskantoren daardoor ook weer sneller afscheid gaan nemen van startende adviseurs?
  2. Zonder openheid over kwaliteit, verlies je. We moeten transparanter zijn over onze kennis, kunde, vaardigheden en trackrecord.

    Make sure your customers want to be with you – James Gilmore

  3. Disruptieve teambuilding rondom een klantvraag. Trendwatchers, innovatiespecialisten, kunstenaars, ontwerpers en chemisch-specialisten zijn in dienst van en maken onderdeel uit van het primaire proces van grote adviesbureaus. De toenemende complexiteit van klantvragen vraagt om een divers team.
  4. Leuk allemaal die technologieën, nieuwe speeltjes en online wereld, maar doe mij af en toe ook maar een goed boek, een krant en een ongewoon goed gesprek met mijn vertrouwde adviseur.

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Bewaren

Power to the woman, mijn 1e buitenlandse consultancyklus in Somaliland

Op 17 augustus vertrok ik voor 10 dagen naar Hargeisa, Somaliland voor mijn 1e buitenlandse klus voor de regionale non-governementele organisatie (NGO) Gargaar. De doelstelling van Gargaar is het empoweren van vrouwen via Self Help Groups (SHG). Deze methode is in India ontwikkeld, waarbij vrouwen in de armste buurten in groepen van 10 tot 20 samen geld sparen en aan elkaar geld uitlenen. Met het geleende geld starten vrouwen een business om kleding te repareren of om een extra geit te kopen, zodat ze de melk in hun kleine groentewinkeltje weer kunnen verkopen. Sommige groepen gebruiken het geld voor een sociaal fonds. Als iemand in hun gemeenschap naar de dokter moet en niet het geld heeft, kan hij/ zij een beroep doen op dit fonds (liefdadigheid).

Gargaar (wat helpen betekent) heeft inmiddels een netwerk van 167 Self Help Groups opgebouwd van in totaal 3.000 vrouwen, die samen meer dan $ 230.000,- gespaard hebben. Indrukwekkend. De vrouwen geven aan dat het hen veel zelfvertrouwen heeft gegeven. Zij hadden nooit gedacht dat zij dit ooit zouden kunnen. Ook hoor je in gesprekken terug dat de groepen een ‘sisterhood’ zijn geworden. Ze vertrouwen elkaar, ze weten dat ze het geleende geld terugbetalen en er is een grote sociale controle die ervoor zorgt dat ze elkaar ook daarop aanspreken. Ook geeft het de vrouwen een perspectief op de toekomst. Eén van de vrouwen gaf aan parlementslid te willen worden.

opdracht was om te kijken wat Gargaar de komende vijf jaar zou moeten doen om deze vrouwen verder te empoweren en de impact van de vrouwengroepen op de ontwikkeling van Somaliland te vergroten. Na gesprekken met de vrouwen zelf, de facilitators van de Self Help Group, de staf van Gargaar en de belangrijkste stakeholders, zoals andere NGO’s, de minister van Sociale Zaken, een grote bank, vrouwenorganisaties en een vrouwennetwerk met succesvolle bedrijven, kwamen we tot de volgende gedachtelijnen.

De eerste gedachtelijn is het beginnen van een coöperatieve vrouwenbank geleid door de vrouwen zelf. Je zou kunnen zeggen dat de groepen vrouwen allemaal kleine coöperatieve banken zijn. Doordat deze vrouwen geleerd hebben om te sparen, te lenen en terug te betalen, zijn het hele betrouwbare klanten. De terugbetaalrate van deze vrouwen is bijna 100%. Omdat de basis van een bank vertrouwen is, zouden deze vrouwen samen een zeer stabiele bank kunnen vormen in Somaliland. Tel daarbij op dat het vertrouwen in mannen in Somaliland een stuk lager is. Mannen gebruiken veel qat, wat een licht stimulerende drug is, die de arbeidsproductiviteit van deze mannen sterk (negatief) beïnvloedt en waar een groot deel van het inkomen aan opgaat. Kortom, vrouwen zijn de kracht van de samenleving die samen het verschil kunnen maken in Somaliland.

De tweede gedachtelijn is de samenwerking met de andere NGO’s vrouwenorganisatie. In Somaliland zijn ook andere NGO’s bezig met vrouwen en deze methode (Self Help Groups). Waar Gargaar zich focust op de kwaliteit van de groepen en het zuiver toepassen van de methode, daar zijn andere NGO’s meer gefocust op de kwantiteit. In totaal zijn er in Somaliland 800 Self Helf Groups, van in totaal 15.000 vrouwen, die samen $ 2.600.000,- hebben gespaard. Kan Gargaar een leidende rol spelen om de krachten van deze NGO’s te bundelen, zowel lokaal als landelijk?

De derde gedachtelijn is het vergroten van de kennis en de vaardigheden van de vrouwen. De vrouwen geven zelf aan dat ze meer kennis en vaardigheden nodig hebben op gebieden als: beroepstrainingen (naaister, secretaresse), business training, micro finance, first aid en vrouwenrechten. Kan Gargaar deze training ontwikkelen voor deze vrouwen?

Mijn ervaringen
Het was voor mij ongelooflijk leuk om na 10 jaar terug te keren naar Somaliland. Ik was er op reis om met 3 vrienden het geboorteland van onze goede vriend Khaalid te leren kennen, waar zijn vader op dat moment minister van Onderwijs was. Drie jaar geleden is hij teruggekeerd naar Somaliland om in dienst van de Nederlandse NGO Spark het land verder op te bouwen. Het bezoek was daarom een mooie combinatie van werken en leven.

Achteraf was het voordeel om niet alleen in een hotel te zitten, maar bij hem te logeren. Om zo mee te gaan in de flow van het land. Zo leerde ik – naast veel mensen – ook de regels en omgangsvormen kennen. Zo denk je een snelle start te maken, blijkt het bij aankomst op donderdag direct weekend te zijn (vrijdag en zaterdag). Ook bleek “tijd” een heel rekbaar begrip. “Morgen, om 9 uur staat de chauffeur voor je deur” betekende in de praktijk 10.00 uur of half 11. “We moeten morgen om 9.30 uur bij de minister zijn”, betekende dat we de minister ook de volgende dag pas troffen.

Het geeft je een goed beeld wat er gebeurt met een land dat in vergelijking met Nederland totaal niet gereguleerd is. Dat heeft voordelen: je kunt snel meters maken omdat er niet veel (management)lagen zijn, maar er is ook een grote mate van vrijblijvendheid en een gebrek aan daadwerkelijke uitvoering (executie).

Het was zo mooi om het land te leren kennen door er in mee te draaien en mijn kennis op het gebied van de kracht van voetbal en consultancy te delen. Maar bovenal om Gargaar en de vrouwen een stapje verder te helpen. Want één ding is mij echt bijgebleven: wat een kracht hebben deze vrouwen. Zij zijn in staat om dit prachtige land verder te ontwikkelen. Power to the woman!

Wat is Somaliland?
10 jaar geleden bezocht ik op mijn 1e grote buitenlandse reis het land voor het eerst. Een land in de hoorn van Afrika, dat zich sinds 1991 heeft afgesplitst van Somalië. Het heeft een eigen parlement, regering en juridische instituties. Het land wordt echter niet internationaal niet erkend. Het land is sterk gebaseerd op de clans, die evenredig een plek hebben in de belangrijkste democratische instituties in het land. Het land is erg veilig in tegenstelling tot het zuiden van Somalië. Waar iedere week wel aanslagen worden gepleegd door terroristische groeperingen als Al Shabab. Echter, in Somaliland heb ik mij geen moment onveilig gevoeld.

Ik hou van mensen!

eelke laatste foto's 159

Ik hou van mensen! Organisaties bestaan uit mensen. De samenleving ook. Het gaat altijd over mensen. Over samenwerken. Hoe zorgen we voor een sfeer en een context dat iedereen gebruikt maakt van zijn eigen kwaliteiten en talenten? Zo ontstaan vanzelf nieuwe, creatieve ideeën, oplossingen en plannen.

Werkprocessen als nieuwe ’taal’ in een organisatie

Legenda Voor veel organisaties beschrijf ik werkprocessen. Dat doe ik op dit moment voor een nieuw opgerichte overheidsorganisatie. Kenmerkend aan mijn werkwijze is dat het gebaseerd is op de doorbraak-methode. Essentieel aan deze manier van werken is dat het beschrijven van de processen niet van buitenaf wordt opgelegd, maar door de medewerkers zelf doorlopen. Zo wordt gebruik gemaakt wordt van de aanwezige kennis van de directbetrokken medewerkers. Zij krijgen van het management de ruimte om zelf hun eigen processen vorm te geven en worden uitgedaagd hun eigen creativiteit en denkkracht daarvoor in te zetten.

Wat ik merk is dat medewerkers van verschillende afdelingen met elkaar in gesprek zijn over hoe ze met elkaar samenwerken. Dat het analysen en ontwerpen van de processen er ook voor zorgt dat er een nieuwe, gemeenschappelijke taal ontwikkeld wordt. Men praat niet over de inhoud, niet over elkaar, maar men praat over de blokjes en de pijltjes. Over hoe ze dat slimmer met elkaar kunnen organiseren. Tussen welke pijltjes en welke blokjes de achilleshiel van het werkproces nou echt zit. Het is heerlijk om zo met medewerkers in gesprek te zijn en hen te helpen om hun eigen werk leuker én slimmer in te richten.

Regionale coalities betaald voetbal clubs

aanvoerders
Met het smeden van regionale coalities op het gebied van Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO) willen Betaald Voetbal Organisaties hun daadkracht in de samenleving vergroten. In Limburg en Gelderland worden de eerste samenwerkingsverbanden gezocht om elkaar te versterken. N.E.C. Nijmegen juicht het initiatief toe.

Namens stichting Meer dan Voetbal is Theo Hermsen vorig jaar begonnen om in Limburg en Gelderland ‘regionale coalities’ te smeden. In Limburg (samenwerking tussen MVV, Fortuna Sittard, Roda JC en VVV Venlo) en in Gelderland (N.E.C. Nijmegen, Vitesse en De Graafschap) zijn door zeven BVO’s de eerste stappen gezet om een regionale coalitie te vormen die een volgende stap in het maatschappelijk verantwoord ondernemen zet. “In deze regio’s zagen de betrokkenen kansen,” verklaart Hermsen de keus voor de twee provincies.

Hermsen merkte dat de Betaald Voetbal Organisaties hun invloed op het gebied van maatschappelijk verantwoord ondernemen wilde vergroten. “De BVO’s zijn met hun eigen stichtingen op het vlak van MVO vooral lokaal gericht,” legt Hermsen uit, die tegelijkertijd wist dat amateurverenigingen en sportclubs in deze tijd minder geld beschikbaar hebben en ook gebaat zijn bij samenwerking. “Ook maatschappelijke organisaties krijgen vanwege decentralisaties met steeds meer verantwoordelijkheden te maken en ook zij moeten het met minder inkomsten doen,” vertelt Hermsen. “Door de BVO’s, sportverenigingen en maatschappelijke organisaties bij elkaar te brengen kunnen voor alle drie doelstellingen worden gerealiseerd en kunnen alle partijen een hoger maatschappelijk rendement halen. Samen sta je sterker en bereik je meer dan in je eentje.”

Het samenwerkingsplan is een gezamenlijk initiatief van stichting Meer dan Voetbal, ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) en de betrokken Betaald Voetbal Organisaties (BVO’s). De coalities hebben als doel om sportverenigingen te bewegen om een grotere maatschappelijke rol te spelen.

Open club
In dit verband wil de regionale coalitie Gelderland honderdvijftig zogeheten ‘open clubs’ realiseren. Een open club kenmerkt zich door de verbinding te zoeken buiten de grenzen van het eigen sportpark. Door als sportverenigingen samen te werken met instanties die de waarde van sport inzien – bijvoorbeeld gemeenten, onderwijs- of zorginstellingen – kunnen de verschillende groepen elkaar versterken en samen activiteiten aanbieden, zoals kansarme jongeren laten sporten, ouderen in beweging krijgen of kinderen helpen met huiswerk. “In de coalitie in Gelderland willen we driehonderd bestaande sportverenigingen bereiken en honderdvijftig open clubs realiseren. Daar zijn we op dit moment hard naar op zoek. Met NOC*NSF als partner willen we een brug slaan naar alle mogelijke sportverenigingen en met de provincies kunnen we het maatschappelijk middenveld bereiken,” vertelt Hermsen.

Samenwerking van BVO’s op het gebied van Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen ligt minder gevoelig dan een samenwerking op bijvoorbeeld het voetbaltechnische vlak, zegt Hermsen. “Dat zorgt sneller voor weerstand.” Van die weerstand is ook Bart van Ingen – directeur algemene zaken van N.E.C. Nijmegen – zich bewust bij het samenwerken met onder meer Vitesse en De Graafschap. “Er zijn genoeg mensen die de rivaliteit benadrukken en dan op de rem gaan staan, maar ik vind dat je op het gebied van MVO daar overheen moet stappen,” zegt Van Ingen.

N.E.C. Nijmegen werkt meer dan zes jaar samen met lokale amateurverenigingen en heeft met zijn eigen maatschappelijke stichting ‘N.E.C. Doelbewust’ als doel om een bijdrage te leveren aan een sterkere samenleving. “Wij zijn als club niet alleen gericht op voetbal, maar hebben de ambitie om ook van waarde te zijn in de maatschappij.” De speerpunten van N.E.C. zijn in dat verband: ontwikkeling, mentaliteit en vitaliteit. Van Ingen wijst als voorbeeld op het project van de NEC Buurtbattle, waar de jeugd van Nijmegen niet alleen tot bewegen werd aangezet, maar ook leerde om respect voor elkaar te hebben. “De kennis die wij in onze club hebben, willen wij inzetten in de maatschappij.”

Van Ingen juicht de samenwerking in de regionale coalities toe. “Sport heeft een grote impact op de maatschappij en voetbalclubs hebben een grote maatschappelijke waarde. Wij werken in Nijmegen al samen met twintig amateurclubs, maar willen een grotere regio bedienen. Dat is een ideële overtuiging – dat we als club in de maatschappij breed worden gedragen – maar heeft daarnaast als doel om in een groter gebied sympathie voor N.E.C. Nijmegen te krijgen.”

Het advies van Van Ingen luidt dan ook om als club over je eigen schaduw heen te kijken.
“Wij hoeven als club niet steeds opnieuw het wiel uit te vinden. Er zijn clubs die betere ideeën hebben dan wij, dus in een samenwerking kun je kwetsbaar opstellen. Het gaat om kennis delen en samenwerken op verschillende fronten. Denk bijvoorbeeld eens aan de besparing die je kunt doen door met alle sportverenigingen in de regio, van ijshockey tot basketbal, groene energie in te kopen. Iedereen die ook de deuren open zet is meer dan welkom om zich aan te sluiten.”

Geschreven door Rins van Kouwen (www.http://sportknowhowxl.nl)

Voor meer informatie over de open club, kijk op www.meerdanvoetbal.nl/open club of bekijk dit filmpje

Inspiratiesessie ‘open club’ bij VVV Venlo

werksessie VVV Venlo In opdracht van Stichting Meer dan Voetbal, VVV-Venlo en de KNVB leidde ik op 14 maart een inspiratiesessie voor sportverenigingen uit de regio Noord-Limburg. Voorafgaand aan de wedstrijd VVV-Venlo – FC Dordrecht kwamen ruim 40 bestuurders van 25 sportverenigingen uit het district Zuid II bijeen in Seacon Stadion De Koel. Zij wisselden ervaringen uit over de maatschappelijke activiteiten van hun sportvereniging. Wat doen de verenigingen op maatschappelijk vlak? Wat werkt en wat werkt juist niet?

Je ziet dat steeds meer verenigingen zich, naast het aanbieden van sport, inzetten voor maatschappelijke doelen. Kinderopvang, reïntegratie en ouderenparticipatie zijn enkele thema’s waarop deze clubs actief zijn. In ieder dorp, wijk of plattelandsgebied in Nederland zijn er sportverenigingen. Sportverenigingen zijn het sterkst sociale verband dat we kennen in Nederland. Verenigingen beschikken over een breed en divers ledenbestand, een aansprekende accommodatie met veel veel vrijwilligers en veel organisatiekracht. Als we in Nederland meer sportverenigingen kunnen inspireren om zich te ontwikkelen tot een open club – die haar clubhuis openstelt voor de buurt, haar sterke maatschappelijke rol in de eigen buurt of gemeenschap gebruikt en zich inzet voor haar leden, buurtbewoners en sociale thema’s in de wijk – kunnen we de impact van sport op de samenleving enorm vergroten.

Bekijk hier de korte samenvatting van de sessie en hier de learnings uit de sessie

Wat kan ik WEL?

Je eerste neiging is vaak. Kan ik dat wel? De twijfel. Of nee, dat kan ik niet. Paralympische sporters zijn alleen maar bezig met de vraag: wat kan ik, ondanks mijn handicaps nog wel? En hoe kan ik het maximale uit mezelf halen. Kippenvel.

De kracht van voetbal

aissatiVoetballers zijn magneten. Voetbal als voertuig om jongeren te bereiken, om problemen in de samenleving aan te pakken. Voetbalclubs zetten hun spelers, stadion en businessclub in om hun steentje bij te dragen aan een mooiere samenleving. Welke envelop maak je eerder open die van UWV of van je favoriete voetbalclub?

Op zoek naar de laatste trends

Ik ben altijd op zoek naar de laatste trends en ontwikkelingen. Wat gebeurt er in de wereld? Wat gebeurt er in de samenleving? Waar liggen kansen? Door organisaties niet alleen te helpen hun huidige problemen op te lossen. Maar door verder te kijken dan het hier en nu, los je problemen op een duurzame wijze op. Waar staat de organisatie over 10 jaar?

Ledenwerver van een lokale, duurzame energiecoöperatie LochemEnergie

Avond van de Energie Lochem
September 2012 werd ik gevraagd om LochemEnergie te helpen om meer leden en klanten te verbinden aan de energiecoöperatie. LochemEnergie is een coöperatie die beoogt binnen 10 jaar voor 10.000 huishoudens en bedrijven in Lochem duurzame energie binnen de gemeentegrenzen op te wekken. Door lid te worden van de vereniging kunnen individuele burgers en bedrijven zeer eenvoudig hun groene stroom en energie uit hun eigen achtertuin gaan betrekken. De winst van de coöperatie gaat naar de eigen leden en blijft in de eigen gemeenschap.

Ik was nog maar net aan de slag als ledenwerver of de energieleverancier van LochemEnergie, Trainel, ging failliet. Het leverde een hoop vragen en ongerustheid op bij de 100 klanten. Door de grote betrokkenheid van de klanten bij LochemEnergie, kreeg de coöperatie de tijd om een nieuwe energieleverancier te zoeken (Eneco). Door tijdens deze zoektocht de bestaande klanten eerlijk en tijdig te informeren, te betrekken en bij te staan bij de administratieve afhandeling van het faillissement, waren binnen een maand alle 100 klanten opnieuw op ‘ons’ net aangesloten.

Omdat ik geboren en getogen ben in Laren (Gld) en daardoor de Lochemers goed ken, vroeg het bestuur van LochemEnergie mij of ik een slinger kon geven aan de leden- en klantenwerving. Mijn missie: van mooie plannen naar actie! Ik stond aan de wieg van de ‘Avonden van de Energie’: interactieve bijeenkomsten over duurzame energie in de verschillende dorpskernen. Ik stond met een informatiestand op braderieën en grote dorpsbijeenkomsten, betrok verenigingen en scholen actief bij de coöperatie en gebruikte social media als platform om inwoners te bereiken. Uiteenlopende acties met een verschillend effect, waardoor ik weet wat werkt, maar zeker ook wat niet werkt. Ondanks mijn acties nam het aantal leden en klanten niet exponentieel toe. Net als veel lokale energiecoöperaties moet LochemEnergie het hebben van geduld en de lange adem. Wat wel werkt? Persoonlijk contact, gebruik makend van het krachtige verenigingsleven, drijvend op haar vrijwilligers, in iedere dorpskern een sterke ambassadeur.

Toch is het mooi om te zien, dat daar waar de grote energiereuzen de grootst mogelijk moeite hebben om klanten te binden, daar groeit LochemEnergie gestaag door met duurzame, lokale klantrelaties!